Definify.com

Definition 2024


feestelijk

feestelijk

Dutch

Adjective

feestelijk (comparative feestelijker, superlative feestelijkst)

  1. festive

Inflection

Inflection of feestelijk
uninflected feestelijk
inflected feestelijke
comparative feestelijker
positive comparative superlative
predicative/adverbial feestelijk feestelijker het feestelijkst
het feestelijkste
indefinite m./f. sing. feestelijke feestelijkere feestelijkste
n. sing. feestelijk feestelijker feestelijkste
plural feestelijke feestelijkere feestelijkste
definite feestelijke feestelijkere feestelijkste
partitive feestelijks feestelijkers